Meditatie is geen concentratie. Meditatie is
niets anders dan oplettend zijn. Je ontspant je en je volgt je ademhaling.
Daarbij sluit je je voor niets af. De auto zoemt – prima, dat mag ie van jou.
Het verkeer raast voorbij – dat is prima, dat geraas hoort bij het leven. De
passagier naast je is aan het snurken. Alles wordt geaccepteerd.
Osho
En het zijn niet alleen de mails die binnenkomen of de
piepjes die melden dat er weer een facebook bericht is of een chat, maar het is
ook die innerlijke stroom van mails of chats. Die chats op m’n pc of Ipad kan
ik uitzetten, maar die innerlijke onrust, kom daar eens om.
En toch, toch is mijn onrust is tegelijk mijn
creatieve bron, zoals een schilder of componist koortsachtig werkt aan zijn
meesterwerk.
Je
had ook niet tegen Van Gogh moeten zeggen dat hij eerst maar eens stil moest
worden, eerst moest mediteren, of zich gaan concentreren voordat hij ging
schilderen. De inspiratie kwam vanzelf en zoals bij vele kunstenaars en creƫerden
van daaruit prachtige werken.
Denk
aan een Bach, die heel geconcentreerd componeerde.
Iedereen
is zoals hij is en hoeft zich aan niemand te spiegelen, alleen aan zichzelf,
aan zijn eigen innerlijke bron waar het stil is. Rivieren kolken, maar in de
diepte is er die stille, eeuwige stroom. Ik vertrouw en concentreer me op die
stille bron, die me net zo voedt als mijn onrust. Onrust is op zich neutraal.
Het is maar wat ik ermee doe. Er is verlammende onrust, en er is creatieve
onrust. Wat er vaak gebeurt, is dat zonder dat we het beseffen ondanks die
uiterlijke onrust, ons toch laat voeden door die stille, eeuwige bron in
jezelf.
Met
die bron zijn we altijd verbonden en het gaat erom ons daarvan bewust te
worden. Je hoeft jezelf niet te veroordelen als die innerlijke onrust zich weer
eens manifesteert en concentratie even niet lukt.
Ze
zijn er allebei: de stille bron en de innerlijke onrust. In die onrust
manifesteert zich ook de stilte, zoals weer Marcel Messing in zijn boek “De
meester van de eindtijd” dat verwoordde: “ Pas als de ziel tot rust komt in de stem van de stilte, weerspiegelt ze
dag en nacht het al, is ze als een verstild meer in een vallei. Alleen de
verstilde ziel kan de grondtoon horen, die de ontelbare snaren van de harmonie
der sferen bespeelt.”